We zijn de patiënt en professional kwijtgeraakt

Ariëtte van Reekum

We zijn de patiënt en professional kwijtgeraakt

VDH Executive publiceert interviews met bestuurders uit de geestelijke gezondheidszorg.

De inspiratie voor deze gesprekken vinden wij in de bijna onmenselijke eisen die tegenwoordig aan bestuurders worden gesteld. De bestuurder wordt geacht het baken te zijn in tijden van afnemende zekerheid en wetmatigheden. De (financiële) druk en verantwoordelijkheid nemen toe. ’Het handhaven van de koers’ is niet meer voldoende, relatieve rust en stabiliteit zijn weg.
Denk aan de eisen die bijvoorbeeld gesteld worden aan stijl, flexibiliteit en veranderbereidheid, maar ook aan het kunnen maken van duidelijke harde keuzes.
Leven met onzekerheid is de nieuwe norm.

In de gesprekken staat de vraag centraal: hoe gaat een bestuurder hiermee om?
Wij gingen op zoek naar antwoorden op deze vraag en ook naar de verschillen in de antwoorden van bestuurders.

Het onderstaande interview is met Ariëtte van Reekum, psychiater en bestuurder bij GGz Breburg

‘Onderweg zijn we de patiënt en de professional kwijtgeraakt’

Raden van Bestuur binnen de geestelijke gezondheid laten te vaak, en onvrijwillig, de oren hangen naar de externe druk; een terugtrekkende overheid die eist dat organisaties steeds meer doen met steeds minder middelen. Dezelfde overheid stimuleert het beeld dat de geestelijke gezondheidszorg slecht is georganiseerd. Mijn droom is dat ik weer trots kan zijn op de geestelijke gezondheidszorg. Een zorg waarin raden van bestuur het idee van goede en eigentijdse zorg, beter dan nu, vorm en inhoud weten te geven. De patiënt kan zelf zoveel meer dan wij denken. Juist de patiënt geeft in deze onzekere tijden de organisatie houvast. Daarom doe ik de oproep; Besturen richt je op de patiënt, dan komen de antwoorden vanzelf.

Wie is Ariëtte van Reekum?
Ik ben geboren in Nieuw Lekkerland, heb in Delft gewoond en in Delft en Oss mijn middelbare school doorlopen. Mijn beide opa’s en mijn ouders waren huisarts en de geneeskunde leek dus een logische keuze. De studie heb ik in Nijmegen gedaan. Ik heb kort overwogen gynaecoloog te worden omdat vraagstukken rond vruchtbaarheid en bevalling mij aanspraken. Tot ik in een stage de psychiatrie ontdekte. Het was liefde op het eerste gezicht; ik kwam in een omgeving waarin je vrij mocht denken en spreken, in tegenstelling tot in ziekenhuizen waar de sfeer behoudender is.
In mijn jeugd verhuisde ik uit de Randstad naar Brabant. Dat was best een hele overgang en wennen. Gelukkig ontmoette ik in Brabant mijn eerste liefde en dat maakte de stap naar een andere cultuur gemakkelijker. Je staat als bestuurder in Brabant, meer dan elders in Nederland, tussen de mensen. Dat herken ik ook uit mijn jeugd en dat persoonlijke contact is erg prettig. Anderzijds moet ik soms wel wennen aan het meer indirecte van de Brabantse cultuur. Ik ben van huis uit nogal direct en open.

Bestuurder worden
Ik heb er tegenop gezien bestuurder te worden. Met name om deel uit te maken van een peergroep, waarover ik veronderstelde dat aangeleerd gedrag eerder de norm was dan authentiek en ogenschijnlijk kwetsbaar gedrag. Na meerdere jaren durf ik te zeggen dat ik mijn draai in bestuurdersland heb gevonden. De jas past mij.
Het is mij gebleken dat je die rol tegenwoordig meer tussen de mensen invulling kunt geven dan door afstand te bewaren. Dat maakt het een bijzonder leuke en bevoorrechte rol. Gelukkig verandert de wereld van de bestuurder in hoog tempo. Je moet als bestuurder van veel markten thuis zijn, zonder dat je direct de specialist in al die onderwerpen wordt. Mijn eerdere ervaringen als directeur in een complexe organisatie, vormden voor mij een uitstekende trainingsgrond. Ik ben inmiddels alweer sinds 2011 bestuurder.

Sturen op verkeerde prikkels
De geestelijke gezondheidszorg wordt vooral gezien als een kostenpost en daar ben ik ongelukkig over. Het zorgsysteem maakt allereerst deel uit van de maatschappelijke structuur. Daarin dient geïnvesteerd te worden in goede zorg en het is een belangrijke werkgever. Nederland zou eigenlijk heel erg trots mogen zijn op de zorgsector en de geestelijke gezondheidszorg in het bijzonder. Een goede behandeling draagt bij tot een volwaardiger burgerschap.
Natuurlijk moeten we op de kosten letten, maar uiteindelijk worden ggz-instellingen vooral afgerekend op de aangetoonde meerwaarde die een organisatie aan patiënten en maatschappij biedt.
In de behandeling zou de behandelaar leidend moeten zijn, maar onderweg zijn we de professional kwijtgeraakt. We zijn hem of haar teveel gaan zien als een te dure kostenpost waarin gesnoeid moet worden.
Patiënten worden ook nog steeds te lang in de behandeling ‘vastgehouden’; het vergoedingssysteem werkt dat in de hand. Ook is de frequentie van behandelen vaak te laag en dat gaat ten koste van goede behandelresultaten en persoonlijk geluk. De toenemende inzet van ervaringsdeskundigen in de zorg vind ik een positieve ontwikkeling. Daarin lopen we voorop op de rest van de zorgsector
Zoals ik altijd zeg; professionals verliezen door het systeem ‘hun hygiënisch vermogen’ en vergeten daarin makkelijk de belangen van de patiënt. Dat kan de bedoeling toch niet zijn.

De professional heeft de leiding
Door professionals terug leidend te laten zijn in het behandelproces, kan een organisatie zijn meerwaarde aan de patiënt en aan de maatschappij beter laten zien.
In de huidige fase van de transitie wordt deze meerwaarde vergeten, genegeerd zelfs. Er is mij veel aan gelegen om daarin echt een verschil te maken. Ik wil graag het principe terugzien van ‘scharrelen binnen kaders’, dus meer ruimte voor eigen inzichten en autonomie voor de professionele behandelaar.
Het bestuur heeft daarin de rol om zich sterk te maken de bureaucratie en de regeldruk terug te dringen waardoor ruimte ontstaat voor de inhoud en de professional. Dat doel realiseren is voor mij een serieuze uitdaging.

Strategische richtingen en de toekomst
Over 5 jaar ziet GGz Breburg er echt anders uit. Op dit moment hebben de meeste gemeentes nog onvoldoende kennis over de psychiatrie. De nadruk ligt daar nu teveel op het vermijden van calamiteiten en het maken van korte klappen. We zullen de komende tijd nog veel dingen zien die niet goed gaan en zullen nog veel nieuwe keuzes gaan maken zonder vandaag te weten welke dat precies zijn. Onzekerheid is de norm geworden en niets is meer in beton gegoten.
Wij zetten juist in om de professional in de lead te laten zijn en tegelijkertijd zien wij dat de opleidingsplaatsen teruglopen. Dat is een tegengestelde, vervelende ontwikkeling. De jeugd heeft de toekomst en dat geldt zeker ook voor onze jongere professionals.
Ons doel is om almaar intensiever samen te werken met verwijzers, gemeentes en verzekeraars. Wij betrekken hen bij onze uitdagingen en wij willen samenwerken vanuit eenieders meerwaarde en kennis. Je kunt dus niet meer alles zelf doen en als organisatie ambiëren groter te worden. Dat dient geen enkel doel.
Overdrachtsmomenten zijn kwetsbaar en met behulp van de brede inzet van ervaringsdeskundigen kunnen veel problemen voor patiënten worden voorkomen. GGz Breburg maakt steeds meer werk van die inzet. Wij hebben bijvoorbeeld in een pilot een zogenaamde digitale pré-intake opgezet die door ervaringsdeskundigen wordt uitgevoerd. Familie en ervaringswerkers spelen ook een belangrijke rol in FACT teams en op de HIC (High & Intensive Care).

Vormgeven aan de strategie
Wij willen allereerst de (belangen van de) patiënt veel beter volgen. Organiseer jezelf rondom de patiënt, in effectieve teams en dus bottom-up. Bestuur en directie zijn faciliterend om teams hun eigen externe netwerken op te laten bouwen, zoals bijv. door onze FACT-teams. Teams gaan de mensen ook helpen hun eigen regelvermogen thuis te versterken.
We willen afgerekend worden op de waarde die onze organisatie aan de maatschappij biedt.
Concentreer je dus vanuit je specialistische kennis en unieke expertise vooral op die zorg en diensten, waarin je als organisatie onderscheidend bent.

Trots
Ik word er blij van wanneer veranderingen uitwerken zoals zij bedoeld zijn. Spontaan denk ik aan onze bemoeizorg, de FACT en FAST (voor persoonlijkheidsstoornissen) teams, de Veiligheidshuizen (waarin met de gemeente wordt samengewerkt ten behoeve van patiënten met complexe casuïstiek) en de opening van de eerste HIC in Tilburg en de tweede in Breda, waarin zovelen intern en extern een gevoel ervaren van samen iets bereikt te hebben. Ook op het realiseren van de topklinische status van ons Centrum Lichaam, Geest en Gezondheid ben ik trots. Ons beleidsplan is een levend en beweeglijk document en ik vind het mooi om te zien hoe dat alleen door een inspanning van velen tot stand is gekomen.

Jouw rol als bestuurder?
Tja, ik ben wel streng voor mijzelf en voor anderen. Ik vind dat iedereen zijn best moet doen voor de patiënt. Elke dag beter en het beste uit jezelf willen halen. Natuurlijk heb ik ook teleurstellingen en lig ik er wakker van om afscheid te moeten nemen van medewerkers. Ik kan dat dan ook alleen door het respect voor de ander steeds weer voorop te stellen. Ik heb vooral de leukste baan in de wereld waarin ik met veel lol en samen met anderen belangrijke dingen tot stand mag brengen. Ik heb de mazzel dat ik een uitstekende medebestuurder heb, die het leven van mij als bestuurder zeer aangenaam maakt. Een wedstrijd win je nooit alleen.
Werkbezoeken vind ik steeds opnieuw een hoogtepunt in mijn agenda en daar kijk ik naar uit.
Ik ben bezorgd over de beperkte inbreng die wij hebben in de transitieprocessen met onze samenwerkingspartners. Daarin moet nog veel winst worden geboekt, o.a. qua doelmatigheid. Met name in de jeugdzorg worden resultaten mondjesmaat gemaakt.

Wanneer ik op een dag in de verdere toekomst deze mooie organisatie verlaat, wil ik een zelfbewuste organisatie achterlaten waarin beroepstrots de centrale waarde is.


Op www.vdhexecutive.nl kunt u eerdere interviews lezen met o.a. Jolanda Tijhuis, Fred Pijls, Jacqueline Bomhof, Marijke van Putten, Thea Heeren en Albert van Esterik, Dick Veluwekamp, Marlène Chatrou e.a.

In opdracht van GGz Breburg wil Van Der Hoef & Partners graag in gesprek komen met een manager behandelzaken tevens K+J psychiater. Wij informeren u graag nader.  

 

Ariëtte van Reekum (57) is psychiater en sinds medio 2011 lid van de raad van bestuur en waarnemend Geneesheer Directeur bij GGz Breburg. Daaraan voorafgaande was zij directeur curatieve zorg en waarnemend opleider bij Altrecht. 


VDH Executive 
Röellstraat 1
6814 JC Arnhem
Tel: 026 - 442 44 40
Fax: 026 - 442 27 66
E-mail:

reacties



Plaats een reactie
Van Der Hoef & Partners